Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen zeiden zij: [69]Laat ons de jonge dochter roepen, en haar mond vragen. 69. Dat is, laat ons horen wat zij van dit haastig vertrek zal zeggen; want zij heeft toegestaan het huwelijk, om den wil van haar ouders en vrienden, en tot een teken daarvan de geschenken ontvangen.